Info

Natuursteen is ontstaan zonder menselijke hulp. Hoe word natuursteen dan gemaakt?

Natuursteen is te onderscheiden in drie steengroepen:

Stollingsgesteenten
Sedimentgesteenten
Metamorfe gesteenten

Stollingsgesteente

Stollingsgesteenten ontstaan door afkoeling van vloeibaar gesteente. In de aardkorst koelt magma af tot gesteente (dieptegesteente) en boven de aardkorst koelt lava af tot gesteente (uitvloeiinggesteente).

Graniet

Graniet is een stollingsgesteente. Het ontstaat door hoge druk onder de aardkost. Door de werking van de aardkost wordt graniet naar boven gedrukt. Erosie zorgt er uiteindelijk voor dat het bloot komt te liggen. Erosie is slijtage van een vast oppervlak waarbij materiaal wordt verplaatst. Die slijtage ontstaat onder andere door wind, stromend water of ijs.

Kenmerken van graniet:
Krasbestendig en moeilijk breekbaar
Weerbestendig, omdat het weinig water opneemt
Graniet wordt amper aangetast door zuren, rook en pollutie

Sedimentgesteenten

Sedimentgesteenten zijn ontstaan door de afzetting van sediment (verplaatste korrels en deeltjes door wind, water en ijs) in rivieren en zeeën. Er zijn twee soorten: afzettingsgesteenten en neerslaggesteenten.

Afzettingsgesteenten zijn ontstaan door het afzetten van klei-, zand- of kalklagen die vervolgens zijn versteend. Tot de afzettingsgesteenten behoren de kleistenen, zandstenen en sommige kalkstenen.

Kleistenen zijn uit klei gevormd. Ze vormen de basis voor leistenen (zie onder). Zandstenen zijn uit zand gevormd en hebben een poreuze structuur. Kalkstenen zijn uit kalk gevormd.

Neerslaggesteenten zijn ontstaan door het neerslaan van kalk uit met kalk verzadigd water. Sommige kalkstenen behoren tot deze groep.

Metamorfe gesteenten

Deze steengroep wordt ook wel omvormingsgesteenten genoemd en ontstaat door bewegingen in de aardkorst. Tijdens dit proces worden stollings- of sedimentgesteenten blootgesteld aan extreme druk in combinatie met hoge temperaturen. Daardoor ondergaan deze gesteenten een gedaanteverwisseling of metamorfose. Hierdoor verandert zowel het uiterlijk als de eigenschappen.

Marmer

Marmer behoort tot de metamorfe gesteenten. Het is een kristallijnen, homogene en compacte steen. Marmer is hoofdzakelijk opgebouwd uit zachte mineralen die werden verbrokkeld of die een metamorfose ondergingen. Vreemde stoffen veranderen het oorspronkelijke sneeuwwit gesteente in veelkleurige, gestreepte, gevlamde, gevlekte of geaderde marmers. Er bestaan witte, beige, rose, blauwe, groene, zwarte varianten. Marmer is een kalksteen.


Leisteen


Lei is een stollings- of afzettingsgesteente. Leisteen is een metamorf gesteente. Een van de belangrijkste eigenschappen van lei is dat het eenvoudig tot dunne platen te splijten is.

De kleur van de lei loopt uiteen van donkerblauw, groen en grijs tot rood. De kleur hangt onder meer af van aanwezigheid van koolstof (zwart) en ijzer, die de lei een blauwe, groene of rode kleur mee kan geven.


Kwartsiet

Kwartsiet is ontstaan door een metamorfose van zandsteen. Tijdens dit proces zijn de zandkorrels verder op elkaar gedrukt en versmolten. Dat maakt kwartsieten veel compacter dan zandstenen. In de groeve worden schollen steen gewonnen door splijting. Deze schollen worden nog een aantal keren gespleten tot de gewenste plaatdikte is bereikt. De steen heeft daardoor een natuurlijk splijtoppervlak, dat per kwartsietsoort varieert van ruw tot vrij glad. Kwartsiet heeft een lichte glinstering van kristallen, die de steen een lichte reflectie meegeeft.

Kenmerken van kwartsieten:

Slijtvast
Van nature een goede slipweerstand
Warmte-isolerend


 


Webdesign by Coha.nl